Le Rouge et le Noir

Eindelijk gelezen, eindelijk uitgelezen, Le Rouge et le Noir (1831) van Stendhal. Wat een prachtig boek! Vooral de laatste drie hoofdstukken zonder titel. Ik hou van Julien Sorel! Wat een man. Misschien hypocriet tot op het bot, misschien vreselijk nobel en dapper als een Napoleon. Maar ik genoot van zijn avonturen met de vrouw van de burgemeester, mevrouw de Renal en met mademoiselle De la Mole, de dochter van de graaf met wie hij allebei een geheime liefdesaffaire heeft. Het afscheid van Madame de Renal na veertien maanden afwezigheid als hij van het seminarie te Besançon naar de markies De la Mole in Parijs reist en hij stiekem bij haar op haar kamer overnacht. Het rood van de liefde, het rood van de oorlog en het rood van het bloed, tegenover het zwart van het priesterkleed en het zwart van de dood. Ook ik werd verliefd op mevrouw de Renal, de provinicaalse schone, de country-belle uit het plaatsje Verrières in France-Comté, waar haar man de scepter zwaait.
Al vele malen verfilmd, bijna tweehonderd jaar oud, is Le Rouge et le Noir een tijdloos boek. Tijdens zijn leven hadden Stendhals boeken geen enkel succes, dat kan enkel en alleen zijn omdat zijn boeken zijn tijd ver vooruit waren. Net niet zo mooi als La Chartreuse de Parme (1839), dat net iets romantischer is en net iets grappiger maar dat heeft daarentegen een waardeloos einde waarin in enkele pagina's alle belangrijke personages overlijden. Het einde van Le Rouge et le Noir is van een wonderlijke en indringende schoonheid.

Reacties

Populaire posts